Xi Jinping vindt China al lief, hij wil alleen dat jij dat ook zo ziet

Maandag 31 mei hield het Politburo van het Centraal Comité van de Chinese Communistische Partij (CCP) een studiesessie over propagandawerk. Dat algemeen secretaris en president Xí Jìnpíng (习近平) zei dat hij een vriendelijker imago wil voor China werd door sommige media geïnterpreteerd als koerswijziging. Bloomberg schreef dat China ‘liever’ zou willen worden. Dat is een misverstand. Analyse van de studiesessie maakt duidelijk dat volgens Peking het probleem is dat China niet vriendelijk wordt gevonden, terwijl het dat volgens de Partij wel is.

Chinese intellectuelen en partijbeambten spreken al tijden over het concept ‘spreekmacht/-recht’ (话语权 huàyǔ quán, Engels: ‘discourse power’). Volgens een simplistisch materialistische vorm van maoïsme-leninisme-marxisme komt de Amerikaanse soft power (软实力 ruǎn shílì) voort uit de economische en militaire macht van de Verenigde Staten. Nu de materiële basis van China’s macht rap groeit, zou ook de Chinese soft power toe moeten nemen. Het uitblijven daarvan wordt uitgelegd door te stellen dat Peking moet vechten om het eigen verhaal beter te vertellen, in het Engels: „tell China’s story well” (讲好中国故事 jiǎng hǎo zhōngguó gùshì).

De superstructuur van Hollywoodfilms en internationale media is namelijk nog altijd een product van Amerikaanse hegemonie, volgens dit wereldbeeld. Om te zorgen dat de rest van de wereld China ‘beter begrijpt’, moet het land alternatieve structuren opbouwen. De grote investering in bijvoorbeeld het internationale propagandanetwerk CGTN is daar een voorbeeld van, maar investeringen in Amerikaanse filmstudio’s, het beïnvloeden van buitenlandse journalisten en het trainen van buitenlandse politici behoren daar ook toe.

De uitspraken van Xi Jinping tijdens de studiesessie moet je ook in die trant lezen. Het probleem – zoals Chinese woordvoerders blijven herhalen als niet-Chinese journalisten weer eens kritische vragen stellen – is dat ‘het Westen’ China simpelweg niet zo goed zou begrijpen. De retorische uitspattingen die we ‘wolf warrior diplomacy’ noemen zijn een uiting van de frustratie dat de rest van de wereld maar niet wil zien hoe rechtvaardig het Chinese handelen zou zijn.

Als Xi dan oproept tot grotere inzet om China’s ‘eigen’ discours en verhaal te ‘bouwen’ en China’s gedrag te interpreteren met ‘eigen’ theorieën, dan is dat een teken dat volgens Peking de superstructuur nog altijd op oneerlijke wijze tegen de Volksrepubliek gekant is. Dat betekent niet dat we een liever China gaan zien. Want China is per definitie moreel goed en de Partij handelt altijd op rechtmatige wijze. Ik verwacht juist toenemende agressie als buitenlanders dat in twijfel trekken. Zoals de Global Times schreef toen het de retoriek van de wolf warriors goed praatte: af en toe is het nodig dat China van zich af bijt om zich te verdedigen tegen ‘leugens en laster’.

De altijd excellente mensen van de China Media Project schreven de beste analyse van de studiesessie. Los van het feit dat sommige internationale media de nadruk op ‘strijden’ (斗争 dòuzhēng, Engels: ‘struggle’) in de berichtgeving negeerden, was het ook belangrijk om te kijken wie er nu sprak. Discussant was namelijk de Chinese nationalist Zhāng Wéiwèi (张维为), de professor aan Fudan University die in zijn televisieprogramma uitlegt waarom Aziaten (en vooral Chinezen) superieur zijn aan Westerlingen. Bovendien zijn in het Chinese ministerie van buitenlandse zaken agressieve nationalisten zoals woordvoerder Zhào Lìjiān (赵立坚) en ambassadeur Lú Shāyě (卢沙野) juist beloond met promotie.

De studiesessie is dus vooral een signaal dat het leiderschap van de Partij vindt dat de strijd om de publieke opinie niet goed genoeg gaat. Zoals professor Margaret Lewis vertelde in The Guardian, het is nu de bedoeling van de internationale media ‘objectiever’ gaat berichten over China. Dat wil zeggen: met meer begrip voor hoe ‘lief’ China eigenlijk al is.

Comments

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.