Het belang van aanhalingstekens in Chinese politieke correctheid: de juiste woorden voor de zogenaamde ‘objectieve waarheid’

Het is makkelijk om je vermaken over de bombast van het taalgebruik wanneer de Chinese partijstaat zich weer eens boos maakt over iets of iemand. Er zijn veel gevoeligheden om rekening te houden in de betrekkingen met Peking. De juiste woordkeuze is daarbij belangrijk. In diplomatiek verkeer is dat natuurlijk altijd zo, alleen is het bij China nog gevoeliger. Dat is niet alleen een effect van de (overschatte) ‘confucianistische’ erfenis, maar ook van het feit dat de Volksrepubliek nog altijd officieel een marxistische-leninistische-maoïstische staat is. Elke ambtenaar en partijkader moet op ideologische les en leert dus ook lezen en schrijven volgens het wereldbeeld van het Socialisme met Chinese Karakteristieken.

Denigrerende aanhalingstekens

Een van die karakteristieken uit zich in het veelvuldig weglaten of juist toevoegen van aanhalingstekens, al dan niet met een extra ‘zogenaamde’ (所谓 suǒwèi, ‘so-called’). Er zit een groot verschil tussen de betekenis van aanhalingstekens in de Westerse wereld en in China. Dit komt deels door een andere academische geschiedenis: in de klassieke Chinese traditie hield men al veelvuldig eerdere werken aan zonder te citeren of aanhalingstekens te gebruiken — niet alleen waren er in die tijd nauwelijks leestekens, men werd ook geacht om verwijzingen simpelweg direct te herkennen, aangezien de literati tijdens hun studie alle belangrijke werken uit hun hoofd leerden. Nog altijd tref je in Chinees academisch werk veel minder voetnoten aan.

Maar het komt ook door een versimpeld marxistisch onderscheid tussen ‘subjective’ en ‘objectieve’ waarheid. Jouw belangen bepalen hoe je de wereld ziet en bijvoorbeeld ‘kapitalistische’ media spreken dus, namens hun eigenaar, de subjectieve waarheid. De Partij spreekt namens het Volk en verkondigt dus de ‘objectieve’ waarheid. In officiële publicaties geven aanhalingstekens aan dat iets subjectief — verkeerd — is. China heeft simpelweg soevereiniteit over de Diaoyu/Senkaku-eilanden, Japan claimt ten onrechte zogenaamde “soevereiniteit”.

Dit vind je ook terug in de berichten van staatspersbureau Xinhua. Het verslag van de ontmoeting tussen de Chinese ministers van buitenlandse zaken Wáng Yì (王毅) en premier Mark Rutte gebruikt geen enkele aanhalingsteken. De paragrafen tekst van beider uitspraken wordt simpelweg geplakt achter een ‘Wang said …’ en ‘Rutte said …’.

Dit gebruik kan ook tot culturele misverstanden leiden. Florian Schneider haalt in zijn boek over digitaal Chinees nationalisme de aanslag van 2014 in Kunming aan: toen westerse media in hun koppen de gebruikelijke vorm gaven, in de trant van ‘Chinese overheid zegt dat mesaanval “terreuraanslag” was’, leidde dit tot woedde onder enkele internetgebruikers, die hierin een ontkenning van deze claim zagen. Want de overheid en staatsmedia gebruiken aanhalingstekens om de illegitimiteit van het geciteerde te benadrukken.

In de boze reactie van Xinhua op de felicitaties met haar herverkiezing aan President Tsai Ing-wen van de Amerikaanse minister van buitenlandse zaken Mike Pompeo staan de woorden “partnership”, “Taiwan independence”, en “president” tussen aanhalingstekens, al dan niet vergezeld door een ‘so-called’. Maar dat het woord ‘president’ valt is slechts omdat Pompeo het gebruikte; in andere gevallen moet dat woord vermijdt worden.

Wijs Taiwan op zijn plaats

Want naast gevaarlijke woorden te isoleren met zogenaamde ‘aanhalingstekens’ is het voor Peking bij gevoelige zaken zoals Taiwan ook belangrijk om de juiste woordkeus in acht te nemen. Die moet de objectieve — dat wil zeggen: ‘correcte’ — werkelijkheid weergeven. Een los ‘Taiwan’ is gevaarlijk. Ook al kunnen verwijzingen naar een provincie als Shandong zonder, dan nog zul je China vaak horen spreken over ‘China’s Taiwan’ of zelfs ‘China’s Taiwan region’.

In een academisch artikel vertaalt Anne-Marie Brady een document van het Kantoor voor Taiwanzaken van de Chinese Staatsraad uit 2002 dat de correctie terminologie voor het bespreken van Taiwan uitlegt.

De regering van wat formeel nog de Republiek China heet mag nooit zo genoemd worden, dat moet ‘de Taiwanese autoriteiten’ zijn. Alles met ‘Centraal’ of ‘Nationaal’ of ‘Ministerie’ in de naam kan niet, want dat suggereert dat Taiwan een staat is. Dus: niet ‘Ministerie van Onderwijs’ maar ‘onderwijsautoriteit’; niet ‘Nationale Universiteit van Taiwan’, maar simpelweg ‘Universiteit van Taiwan’; niet ‘President’, maar ‘leider van de Taiwanese regio’; niet ‘grondwet’, maar ‘regeling van grondwettelijke aard’. Als deze termen echt genoemd moeten worden, dan alleen tussen aanhalingstekens.

Dit gaat ook tot beleid: een ‘white paper’ van de Taiwanese regering mag niet zo worden genoemd, want in de Chinese bureaucratie zou dat een autoriteit signaleren die Taiwanese autoriteiten natuurlijk niet hebben. Om dezelfde reden werd ook het recente bezoek van de Tsjechische senaatspresident aan Taipei een ‘so-called “visit”’ — in China is de naam die aan een reis van een hoogwaardigheidsbekleder wordt gegeven een teken van autoriteit. Concepten zoals Taiwans formele onafhankelijkheid zijn zo verfoeilijk dat die ook door aanhalingstekens in quarantaine moeten worden gezet. Taiwanezen hebben geen ‘paspoort’, maar een ‘reisdocument’.

Ook met verwijzingen naar de Volksrepubliek moet je oppassen. Het is verkeerd om ‘Mainland China’ te zeggen, want dat impliceert dat er nog een ander China is naast het Vastelandchina. Dus: ‘Chinese Mainland’. Als de context niet om Taiwan, Hong Kong, of Macao gaat, dan moet je het ‘Vasteland’ helemaal niet noemen, want de Volksrepubliek is simpelweg China. De oorspronkelijke bewoners van Taiwan — aborigines, yuánzhùmín (原住民) — mogen ook niet zo genoemd worden. Volgens Peking zijn ze op het eiland waar ze voor de Chinese kolonisatie de baas waren slechts ‘minderheid’ (少数民族 shǎoshù mínzú).

Op Google Maps kun je een continu heen-en-weer zien tussen Chinese nationalisten en Taiwanezen die steeds de namen van universiteiten en andere gebouwen aanpassen. In Taiwan kun je de pro-Peking academici eruit pikken door te kijken hoe ze op hun cv’s hun academische achtergrond beschrijven. In sommige gevallen worden Taiwanese academic gedwongen hun affiliatie aan te passen op last van Chinese redactionele regels. De Chinese staat leest uit je woordkeus welk politiek standpunt je inneemt. Het is dus niet alleen de zaak voor buitenlandse overheden om te zorgen dat ze Peking niet onnodig boos maken, maar ook dat ze niet onnodig concessies doen aan China’s Één-China-Principe die niet in hun eigen Één-China-Beleid staan.

Comments

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.