Innovatie in Europese Chinapolitiek gebeurt in het oosten van de EU

Bij de strijd om de EU-China Comprehensive Agreement on Investment (CAI) gaat de aandacht uit naar de Europese Commissie en het Duits-Franse koppel Merkel-Macron dat gesaampjes bij Ome Xi op videobezoek mag. Ondertussen komen de oostelijke lidstaten vaak in de West-Europese pers als vermeende blokkade voor een gemeenschappelijk Chinabeleid. Maar behalve Sigrid Kaag uitte ook een land als Polen zijn twijfels over de overhaaste CAI. Terwijl Angela Merkel en haar beoogde opvolger Armin Laschet nog met drogredenen waarschuwen voor wat Peking graag een ‘Nieuwe Koude Oorlog’ noemt, laat Midden- en Oost-Europa zien hoe een actievere politieke discussie over de houding van de EU ten opzichte van China er uit zou kunnen zien. Hier begint het bepalen van de Europese rol in de wereld.

Zelfs in Hongarije, onder de autoritaire Viktor Orbán het meest pro-Chinese land in Europa, gebeurt er meer dan het blokkeren van gemeenschappelijk buitenlandbeleid. China is een factor geworden in de binnenlandse politiek, een factor waarvan Orbán maar al te graag afleidt door de lhbt-kaart te spelen. Maar voor de burgemeester van Boedapest, Gergely Karácsony, was weerstand tegen een peperdure campus van Fudan University een handige manier om de oppositie te mobiliseren. Dit is niet alleen een politieke beweging tegen de corrumperende en ondermijnende impact die zulke samenwerking met zich mee brengt, maar ook is het een kans om neer te zetten voor welke democratische en humanitaire waarden de oppositie wil dat Hongarije staat.

Een soortgelijk politiek spel zie je ook in Tsjechië. De huidige conservatieve president Miloš Zeman is pro-China en was via een Chinese adviseur verbonden aan een geruchtmakend corruptieschandaal in de VN. Zakenmensen uit dezelfde cirkels en de Chinese ambassade in Praag waren ook betrokken bij een poging tot het opzetten van een pro-Peking onderzoekscentrum aan de Karelsuniversiteit Praag en het beïnvloeden van de Tsjechische media. De onrust over Chinese inmenging bereikte een kookpunt toen de voorzitter van de Tsjechische Senaat, Jaroslav Kubera, overleed aan een hartaanval na dreigende brieven van de Chinese ambassade en President Zeman die hem ervan wilden weerhouden om zijn voorgenomen werkbezoek naar Taiwan te ondernemen.

De tegenaanval werd ingezet door de burgemeester van Praag, Zdeněk Hřib van de Piratenpartij – die al eerder gedoe had met de Chinese ambassade over een stedenband met Taipei – en de nieuwe Senaatsvoorzitter Miloš Vystrčil. Beide bezochten Taiwan in de zomer van 2020, en Vystrčil sprak het Taiwanese parlement toe. Voor beide politici was dit een manier om een statement te maken tegen de schimmige pro-Peking wereld rond President Zeman en bevriende zakenmensen. Het stond ook in de Taiwan-vriendelijke en China-kritische traditie van democratiseringsheld Václav Havel.

Buurland Slowakije liet ook zien bereid te zijn de persoonlijke banden aan te halen met Taiwan. Toen Taiwan in april 2020 zo’n 7 miljoen gezichtsmaskers aan 11 Europese landen gaf, gingen er zo’n 200.000 naar Slowakije. Om Taiwan daarvoor te bedanken, kondigde Bratislava aan 10.000 vaccins te doneren aan Taipei nu het land moeite heeft om aan voldoende voorraad te komen.

Hiermee volgt het land de Baltische durfal Litouwen. Dat kondigde eerder al aan 20.000 doses AstraZeneca te doneren aan Taiwan uit dank voor eerdere Taiwanese hulp. Nadat Vilnius eerder al aankondigde een vertegenwoordiging in Taipei te openen, komt er nu ook een Taiwanees kantoor in Litouwen, de eerste in Europa onder de naam ‘Taiwan Representative Office’ in plaats van het gebruikelijke ‘Taipei Representative Office’. De kleine Baltische staten zijn minder afhankelijk van handel met China en Litouwen hoeft dus minder bang te zijn voor Chinese vergelding. Maar het past ook in een steeds kritischere houding ten opzichte van Peking.

Vilnius was eerder al in het nieuws met de aankondiging dat het zich terug wil trekken uit de jaarlijkse top tussen Midden- en Oost-Europese en Chinese regeringsleiders, de zogeheten CEEC 17+1. In plaats van dit overleg – waarbij Peking handig EU-lidstaten en niet-lidstaten samenbrengt – en in plaats van de exclusieve onderonsjes voor Macron-Merkel wil Litouwen Europese eenheid versterken door een top met China waarbij alle landen betrokken zijn. Net als de actieve diplomatiek in de Belarus-crisis laat Litouwen in zijn Chinabeleid ook weer zien wat voor EU het wil.

Toen tijdens de laatste 17+1-top in januari dit jaar Peking het afnemende enthousiasme wilde keren door President Xi Jinping zelf te sturen, kreeg het een pijnlijke verrassing: ondanks grote druk van Chinese diplomaten stuurden Bulgarije, Estland, Letland, Litouwen, Roemenië en Slovenië slechts een minister. Hoewel oorspronkelijk enthousiast over de mogelijkheden die China zou bieden, zijn deze landen steeds meer teleurgesteld geraakt. Economisch levert China niet op wat men gehoopt had. Daarnaast zorgt Peking voor onrust door de steeds nauwere samenwerking met Moskou. Bovendien willen veel van de nieuwere NAVO-landen graag goede banden blijven houden met de Verenigde Staten. Washington oefent steeds meer druk uit om een hardere lijn te trekken.

Polen is een voorbeeld van een land dat Amerikaanse steun als onontbeerlijk ziet tegenover het dreigende Rusland van Poetin. Maar teleurstelling in China speelt ook een rol. Veel aandacht krijgt de spionagezaak tegen een voormalige werknemer van Huawei. De vertegenwoordiger van Warschau in Brussel uitte ook Polens twijfel bij de discussie van de CAI. Dit is onderdeel van een groeiend wantrouwen over de Chinese intenties, gevoed door onhandige diplomatiek rondom coronasteun in 2020.

Hoewel de manier waarop Hongarije’s Orbán het Europese Chinabeleid traineert tot zorgen maant, moge het duidelijk zijn dat zelfs daar in de binnenlandse politiek discussies lopen over wat voor houding tegenover China past bij het soort land dat de Hongaren willen zijn. Diezelfde bereidheid om ergens voor te staan, zien we ook elders in de regio. Ties Dams en Monika Sie Dhian Ho schreven eerder voor Clingendael over het belang voor een strategischer verhaal over de Europese rol in de wereld. Van de kleine donaties van Slowakije en Litouwen aan Taiwan tot de politieke stellingname in Tsjechië, in Midden- en Oost-Europa zien we al, om met Bernlef te spreken, de eerste kleine antwoorden die op de grote vragen passen.

Comments

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.