Zondag 15 mei schoot de 68-jarige David Wenwei Chou (周文偉 Zhōu Wénwěi) één Taiwanees-Amerikaanse kerkganger dood en verwondde vijf anderen bij een aanval op de Irvine Taiwanese Presbyterian Church in Laguna Woods, Orange County, in de Amerikaanse staat Californië. Amerikaanse politie vond schrijfels in Chou’s auto waarin hij stelde dat Taiwan niet onafhankelijk van China moest zijn. De FBI onderzoekt ‘hate crime’. Deze aanval vond plaats tegen een achtergrond van haatdragende, soms gewelddadige Chinese retoriek tegen Taiwan en de overvloed aan wapens in een steeds chaotischere Verenigde Staten. Maar er is ook de erfenis van bloedige KMT-dictatuur. Gezien de complexiteit van de tragedie, wil ik in dit stuk wat achtergrond verschaffen.
Er is enige verwarring onder Amerikaanse functionarissen en media over de achtergrond van de dader. Hij is echter geen ‘Chinese immigrant’. Volgens de pro-KMT UDN en de Taiwanese vertegenwoordiging in Los Angeles is Chou een ‘tweede-generatie waishengren’ die als klein kind van Taiwan naar de VS emigreerde. Zogeheten wàishěngrén (外省人, Buitenprovincialen) zijn de ~1 miljoen ‘Vastelanders’ die met het restant van de Chinese Nationalistische Partij (KMT) rond 1949 van het Chinese vasteland naar Taiwan zijn gekomen. Daar kwamen ze bij 6 miljoen Taiwanezen (本省人 běnshěngrén, Deze-provincie-alen).
Tijdens de staat van beleg (戒嚴 jièyán) – de dictatuur die vanaf 1987 ten einde liep – deed de regering in Taipei alsof de Republiek China (ROC) het ‘echte’ China was. Deze periode begon met de moord op Taiwanese notabelen na het Incident van 28 Februari (二二八事件 èr èr bā shìjiàn) in 1947 en de Witte Terreur (白色恐怖 báisè kǒngbù). Hij werd gekenmerkt door de politieke, culturele en zakelijke dominantie van de wàishěngrén. Sommige Taiwanese běnshěngrén onafhankelijkheidstrijders beschrijven de partijstaat van de ROC-KMT daarom als een koloniaal regime. De elite van de zichzelf meestal als Chinees identificerende tweede generatie wàishěngrén groeide op in een tijd waarin ze, dankzij censuur en onderdrukking, binnen hun bubbel daarentegen konden leven als (bevoorrechte) Vrije Chinezen. De democratisering en Taiwanisering die daarop volgde, voelde voor deze groep vaak als aanval op hun identiteit en verworvenheden.
Voor 9DASHLINE schreef ik, hoe in het hedendaagse Taiwan de binnenlandse spanningen zijn afgenomen, omdat de steeds ‘Taiwanesere’ en democratischere Republiek China voor de steeds ‘Taiwanesere’ en democratischere bevolking beter te accepteren is als de staat van Taiwan. De 20e-eeuwse geschiedenis van het eiland heeft echter wel geleid tot conflicten tussen de wàishěngrén en běnshěngrén. In mijn analyse van het publieke debat tijdens mijn promotieonderzoek kwam ik in 2008 nog zorgen tegen over ‘etnische spanningen’. Dat duidt niet op de gastarbeiders of bruiden uit Zuidoost-Azië, maar op de tegenstelling tussen Vastelanders en Taiwanezen.
Deze inmiddels afnemende spanningen leven nog steeds in bepaalde uithoeken. Voor een deel van de oudere generaties in Taiwan zelf is het nog van essentieel belang. De angst van Vastelanders voor het verlies van hun superieure Chinese beschaving aan de Taiwanese ‘vulgariteit’ en herinneringen aan gevechten tussen straatgangs komen af en toe naar boven. Het leeft ook nog in de grote overzeese gemeenschap in de Verenigde Staten. Degenen die voor de democratisering uit Taiwan vertrokken, zitten soms nog vast in die tijd.
Bejaarde elite-Vastelanders in/uit Taiwan zoals voormalig president Ma Ying-jeou (馬英九 Mǎ Yīngjiǔ) behoren vaak tot de minderheid die zich nog identificeert als Chinees. Op hun Taiwanese identificatiebewijzen en die van hun nakomelingen stond tot voor kort nog hun ‘plaats van oorsprong’ (籍貫 jíguàn) in China. Pas relatief recentelijk is er op Taiwanese paspoorten aan het verwarrende ‘Republic of China’ een groot TAIWAN toegevoegd. Tot 1979 erkende de VS de ROC ook nog als ‘China’. Daarnaast probeert de Volksrepubliek China (PRC) het één-Chinaprincipe aan de wereld op te dringen, met als gevolg dat sommige (onwetende) bureaucraten Taiwanezen ook als Chinees registreren. Alle die factoren kunnen verklaren waarom David Chou volgens de Amerikaanse autoriteiten een ‘Chinese immigrant’ was.
Vastelander-Taiwanezen die decennia geleden naar de VS immigreerden, identificeren zich ook vaak als Chinees-Amerikaan. Voorbeeld is de bekende informaticus en AI-guru Kai-Fu Lee, voormalige baas van Google China en investeerder in de surveillancefirma’s die de Chinese genocide in Xinjiang mogelijk maken. Hij werd geboren in Taipei als zoon van Vastelander Li Tien-Min (李天民 Lǐ Tiānmín), historicus en parlementslid namens de Chinese provincie Sichuan in Chiang Kai-sheks Vrij-China-poppenkast, en immigreerde naar de VS in de jaren zeventig, toen de Taiwanese identiteit nog onderdrukt werd.
Het doelwit van schutter Chou was juist onderdeel van de strijd tegen de dictatuur die voor deze onderdrukking zorgde. De Presbyteriaanse Kerk in Taiwan (臺灣基督長老敎會 tâi-oân ki-tok tiúⁿ-ló kàu-hoē) was een belangrijke speler in de strijd voor democratie en onafhankelijkheid in Taiwan. De bekendste bijdrage daaraan is de ‘Statement on our National Fate’ van 29 december 1971. De banden met de Taiwanese běnshěngrén-diaspora in de vrije VS waren belangrijk, zeker toen activisten nog in ballingschap moesten vluchten.
Nieuwsorganisaties in Taiwan berichten dat Chou actief was als bestuurder van de afdeling in Las Vegas van de National Association for China’s Peaceful Unification ((美國)中國和平統一促進會, NACPU). Een foto van een NACPU-bijeenkomst voor de kandidaat van de KMT bij de presidentsverkiezingen van 2020, Han Kuo-yu (韓國瑜, Hán Guóyú), toont hem voor een spandoek die oproept tot het „snel en agressief uitroeien van onafhankelijkheidsduivels” (順勢速擊,迅猛滅獨妖!). AP beschrijft een eenzame man die gescheiden was van zijn vrouw. Voor zo iemand zou de haat richting de regerende Democratic Progressive Party (DPP) van president Tsai Ing-wen (蔡英文 Cài Yīngwén) en het zelfbeklag van de Vastelanders over de teloorgang van hun dominantie een verleidelijke afleiding zijn. De pro-KMT-media staat er vol mee.
Maar dat hij betrokken lijkt bij de NACPU, is veelzeggend. Nog meer anti-Taiwanhaat komt namelijk uit China. Chinese sociale media en staatspers staat vol met agressie. Bovendien probeert de Chinese partijstaat via het Verenigd Front (United Front) ook Chinese (en Taiwanese, Tibetaanse, Oeigoerse) gemeenschappen buiten China onder controle te brengen. De vele takken van de China Peaceful Unification Promotion Society vormen een belangrijk mechanisme bij deze strijd. Ook in Nederland positioneert de Chinese ambassade deze groep als spin in het web van organisaties om de gemeenschap te controleren.
Natuurlijk speelt de vrije beschikbaarheid van moordwapens in de VS een essentiële rol. We moeten daarnaast ook de erfenis van de KMT-dictatuur niet vergeten. In Taiwan zelf heeft het regime tienduizenden mensen geëxecuteerd en nog veel meer gevangengezet en gemarteld op basis van dezelfde ideologie die David Chou ook steunt. De Taiwanese gemeenschap in de VS is ook meermaals het slachtoffer geweest van moordaanslagen georganiseerd vanuit Taipei. Deze gewelddadige dictatuur is vanaf eind jaren tachtig stap voor stap ontmanteld. Inmiddels voelen de meeste Taiwanezen zich onafhankelijk. De Taiwanese kerken in de VS zijn trots op hun bijdrage aan dit feit.
De haatdragende taal die Peking echter de wereld instuurt, is ook een probleem. Toen president Xí Jìnpíng (习近平) opriep Taiwanese onafhankelijkheid te „verpletteren” (粉骨碎身 fěn gǔ suì shēn), was er controverse over de agressie in dat spreekwoord. Maar Chinese woordvoerders schreeuwen al vanaf 1949 dat „het niet goed zal aflopen” met „verraders” die uiteindelijk hun verdiende straf zullen krijgen. Chinese sociale media zoals WeChat censureert alleen wat voor Peking politiek gevoelig is. Wat zich daar verder afspeelt, is een blinde vlek voor veel landen. Veel van de Chinese media waarin Mandarijn-sprekende mensen over de hele wereld zich mee omgeven, fulmineert dagelijks tegen Taiwanezen. Dit leidt tot genocidale oproepen online van Chinese nationalisten om het eiland Taiwan te behouden en niet de mensen (留岛,不留人). Ook voor een klein groepje Vastelanders met wrok houdt dit de oude moorddadigheid in leven, of radicaliseert hen zelfs. In dit geval met dodelijke afloop.
Leave a comment