Author: Sense Hofstede

  • Implicaties voor Taiwan van Russische invasie van Oekraïne geen reden voor acuut alarmisme

    De verschrikkelijke invasie van Oekraïne door Poetins Rusland is nog in volle gang en het is onmogelijk om te voorspellen hoe dat af gaat lopen. Zelfs de uiteindelijke positie van China is nog niet duidelijk, hoewel de weigering om van een ‘invasie’ (侵略 qīnlüè) te spreken de richting aangeeft. Het is de moeite waard om de opvallend lange, soms chagrijnige, anti-Amerikaanse persconferentie van de woordvoerder Huá Chūnyíng (华春莹) van het ministerie van buitenlandse zaken van donderdag 24 februari terug te lezen. Ondertussen speculeren mensen wel lustig over de implicaties voor Taiwan.

    Wat er nu gebeurt, is voor geen enkel democratisch land goed. Er zijn ook redenen voor Taiwan om zich zorgen te maken over de lange-termijnimplicaties. Taiwan heeft de invasie veroordeeld en sluit zich aan bij sancties. Er is echter geen reden tot alarmisme. Drie korte observaties volgen.

    Onmiddellijke gevolgen

    Er komt geen Chinese invasie van Taiwan die gebruik maakt van de Russische inval in Oekraïne. De bestaande argumenten tegen militaire acties zijn niet veranderd. Voordat de nachtmerrie begon, hoorden we al weken over de Russische militaire opbouw aan de Oekraïense grenzen. Bij een Chinese invasie van Taiwan zullen we ook zulke voorbereidingen moeten zien.

    Enkele media berichtten gisteren over de mededelingen van de Taiwanese defensie dat 9 vliegtuigen van de Chinese luchtmacht de Taiwanese luchtverdedigingszone binnen waren gedrongen. Dit is echter niet nieuw of ongebruikelijk. Ik heb eerder uitgelegd wat zo’n ADIZ-schending inhoudt. Tegenwoordig gebeurt dit bijna dagelijks. Het aantal is misschien ietsje hoger dan de gebruikelijke 2-5, dus daar zou je een signaaltje in kunnen zien, maar de records liggen nog véél hoger.

    Middellange termijn

    China is dit jaar met drie dingen bezig. De pandemie en de gevolgen daarvan zijn nog altijd niet voorbij. De economische uitdagingen groeien nu het Chinese groeimodel steeds meer onder druk komt te staan. Daarnaast is de binnenlandse politiek druk bezig met het komende Partijcongres van oktober en de daaropvolgende parlementszitting van maart 2023. Het succes van de regering van Xí Jìnpíng (习近平) en zijn politieke toekomst worden nu bepaald.

    Tijdens zulke periode’s ligt de nadruk altijd op stabiliteit. Daarnaast is China nog niet autarkisch genoeg om de destabiliserende gevolgen voor de regio en de te verwachten sancties te dragen zonder dat dit de Chinese Droom van de Grootse Herrijzenis van het Chinese Volk (中华民族伟大复兴的中国梦 zhōnghuá mínzú wěidà fùxīng de zhōngguó mèng) in gevaar brengt. Oorlog zou die Grootse Herrijzenis in kapotmaken en daarmee de legitimiteit van de verregaande centralisering van de macht in de persoon van Xi.

    Lange termijn biedt wel risico’s

    Pas op de langere termijn zal China de internationale situatie gunstig genoeg achten, dat het avonturen rond Taiwan aan meent te kunnen zonder al te grote kleerscheuren. De Russische invasie van Oekraïne en de Westerse reactie daarop fungeren daarom voor China niet als dekmantel voor een onmiddellijke invasie. Maar wat er nu gebeurt, fungeert wel als demonstratie van de grootte van die kleerscheuren die Peking mogelijk te wachten zouden staan bij een invasie.

    Ten eerste zou dit voor de Chinese Communistische Partij kunnen dienen als bewijs van het historische kantelpunt – de Epochale Omwenteling (百年未有之大变局 bǎinián wèi yǒu zhī dà biànjú) – waarin we ons zouden bevinden. Eerder deze week schreef ik al dat het front dat nu ontstaat in Europa ook de Chinese Europapolitiek kapot maakt. Evan Feigenbaum legt haarfijn uit voor welke onverenigbare keuze’s Peking nu staat: kiezen tussen het strategische partnerschap met Rusland, zijn fundamentele principe’s van soevereiniteit en non-interventie, en het beperken van de schade aan (handels)banden met de VS en Europa.

    Feigenbaums conclusie echoot die van Gideon Rachman in The Economist: Peking groeit onvermijdelijk toe naar Moskou. De richting die China op glijdt is wel duidelijk uit de anti-Amerikaanse persconferentie waarnaar ik verwees in de introductie van dit stuk en de nadruk die de Chinese minister van buitenlandse zaken Wáng Yì (王毅) gisteren in een telefoongesprek met zijn Russische collega Sergej Lavrov legde opRussia’s legitimate concerns on security issues” en het tegengaan van ‘Koude Oorlog-mentaliteit’.

    Chaos in het Westen is een vast onderdeel van de Chinese claim dat het Oosten (lees: China) opkomt en het Westen neergaat (东升西降 dōng shēng, xī jiàng). Bij een Russische overwinning zal in Peking het geloof in de Westerse onmacht om iets te doen tegen zulke ingrepen alleen maar toenemen. Daarnaast zou een verdeling van de wereld in een Westers kamp en een Sino-Russisch kamp de beperkingen die Pekings zichzelf oplegde vanwege de droom van een multipolaire wereldorde ook doen verzwakken.

    Ten tweede illustreert de sterkte van de Westerse sancties tegen Rusland hoe ver niet alleen de Verenigde Staten maar ook de rest van de rijke landen bereid zijn te gaan. Een belangrijke prikkel die een Chinese invasie van Taiwan afschrikt, is de verwachting dat dit de wereldeconomie in tweeën zou scheuren. China is momenteel nog afhankelijk van de handelsrelatie met het Westen. Duidelijkheid over het gevaar dat die relatie zou lopen in het geval van een annexatiepoging hangt ook af van hoe ver Europa nu durft te gaan tegen Rusland.

  • Russische bedreiging van Oekraïne is funest voor Chinese Europa-strategie

    De leiders van de EU spraken ongewoon direct van een Russisch-Chinees front dat de wereldorde wil veranderen op de Veiligheidsconferentie van München (MSC). Hoewel niet iedereen zo expliciet is, lijken veel mensen er van overtuigd dat Peking vrolijk garen spint bij de onrust die het regime van Ruslands Vladimir Poetin aan het creëren is in Oost-Europa. Russische acties tegen ‘het Westen’ helpen zeker mee bij Chinas doel om de grip van de Verenigde Staten te verzwakken. Maar de huidige bedreiging van Oekraïne heeft ook grote nadelen voor de Chinese Europa-strategie. Los van de Chinese belangen in Oekraïne zelf en Pekings bredere wens naar mondiale stabiliteit is dat ook een reden waarom Chinese diplomaten inmiddels duidelijker het belang om de „soevereiniteit, onafhankelijkheid en territoriale integriteit van ieder land te respecteren en veilig te stellen” benadrukken.

    China’s Europa-strategie

    Voor de Clingendael Spectator schreef ik een tijd terug over het Chinese ‘eenheidsfront’ dat Peking tegen de VS wil bouwen, en waarvoor het Europa los wil weken van de Westerse alliantie. Hoewel de meningen verschillen over de mate van mondiale dominantie die de Chinese Communistische Partij (CCP) wil voor China, is er een consensus dat men een verzwakking van Amerikaanse ‘hegemonie’ en ‘unilateralisme’ essentieel acht voor de veiligheid van het Chinese systeem. Juist de wens voor de ‘democratisering’ van de wereldorde is waarom de Chinese regering continu haar steun uitspreek voor Europese ‘strategische autonomie’ (战略自主 zhànlüè zìzhǔ) – wat in de Chinese lezing vooral duidt op autonomie van Washington.

    De roemruchte gezamenlijke verklaring van Moskou en Peking van 4 februari, die Ursula von der Leyen en Josep Borrell in München aanhaalden als bewijs voor de gezamenlijke poging tot revisionisme, bestaat echter voor een groot deel uit de gebruikelijke Chinese taal over het historische moment in de geschiedenis. Hoewel ik eerder heb beargumenteert dat dit wel degelijk revisionistisch is, is de visie die daaruit spreekt vooral gericht tegen de Amerikaanse dominantie. Wanneer China de Russische oproep tegen NAVO-uitbreiding steunt, dan doet het dat omdat Peking zulke allianties ziet als ‘Koud Oorlog-relieken’ die de Amerikaanse ‘hegemonie’ stutten.

    Europese angst voor Russo-Chinese Entente

    China heeft veel te verliezen bij een Russische aanval op Oekraïne, niet in de laatste plaatst vanwege economische belangen die sommige analisten vorig jaar deed vragen of Kyiv een pivot naar Peking maakte. China hamert ook altijd op soevereiniteit. Daarnaast is de CCP druk met binnenlandse beslommeringen, wat de gebruikelijke drang naar stabiliteit alleen maar versterkt. Maar bovenal zorgt de huidige situatie er voor dat de strategische doelen van China in Europa beschadigt worden. Tactische winst uit Westen-plagen weegt daar niet tegen op.

    Hoewel de Chinese conceptie van de EU’s strategische autonomie altijd door wensdenken gekleurd is geweest, zal ook Peking inzien dat Rusland momenteel wonderen doet voor het versterken van de transatlantische solidariteit en het herleven van de NAVO. De Russische militaire dreiging maakt de Europese afhankelijkheid van de Verenigde Staten weer eens duidelijk en versterkt banden die China al jaren langzaam probeert te verzwakken.

    Daarna kleurt de recente nauwe samenwerking tussen Moskou en Peking ook de Europese conceptie van China. Niet alleen Amerikaanse functionarissen maken zich zorgen. Ik citeer uit twee toespraken, van respectievelijk de voorzitter van de Europese Commissie en de Europese hoge vertegenwoordiger voor buitenlandbeleid:

    We are facing a blatant attempt to rewrite the rules of our international system. One only has to read the recent communiqué issued by Russian and Chinese leaders. They seek a ‘new era’, as they say, to replace the existing international order. They prefer the rule of the strongest to the rule of law, intimidation instead of self-determination, coercion instead of cooperation. We still hope that peace will prevail and that diplomacy will take us there.

    Speech by President von der Leyen at the Munich Security Conference 2022

    The Russia-China joint statement of 4 February is the culmination of a long-standing campaign. It is an act of defiance. It is clear: revisionist manifesto. A manifesto to review the world order.

    Munich Security Conference 20 February 2022 Opening statement by HR/VP Josep Borrell

    Is het Chinese eenheidsfront nog houdbaar?

    De Chinese sancties tegen politici, academici en een denktank, de genocide in Xinjiang, de onderdrukking van Hong Kong, de bedreiging van Taiwan en – naar ik me heb laten vertellen – de maskerdiplomatie tijdens de pandemie hebben al veel gedaan om de stemming in Europa negatief bij te stellen. Maar zulke expliciete uitspraken als die van von der Leyen en Borrell heb ik nog niet eerder gezien. Ik vraag me af of Peking door heeft, wat het betekent om geassocieerd de worden met de horror die dreigt in Oekraïne.

    Na de illegale annexatie van de Krim hield Peking zich wat op de vlakte. De vraag is of het dat zou kunnen blijven doen in het geval van een langdurige, grootschalige conventionele oorlog tussen Rusland en Oekraïne die ook het NAVO-grondgebied bedreigt. De gemoederen in de VN-veiligheidsraad zouden in dat geval hoog oplopen. Chinese onthouding of ondermijning van maatregelen zou het land aan de Russische kant scharen in een twee-kampenstrijd die zich dan ontwikkelt.

    Ik verwacht niet dat Peking de pogingen om de verdeeldheid binnen de Europese Unie uit te buiten zal opgeven. Maar het zou kunnen dat het op een bepaald moment de beleidsmakers in China ook duidelijk wordt dat de EU met de NAVO in het andere van de twee kampen zit, de Amerikaanse. Alle arbeid die China heeft verricht om het ontstaan van een ‘multipolaire’ wereld te stimuleren ten spijt, zal het moeten erkennen dat eenheidsfronttactieken moeilijk zijn onder zulke omstandigheden.

    Deze ontwikkeling zou versterkt worden door de groeiende autoritaire solidariteit tussen Poetins Rusland en Xi’s China. Los van samenwerking tegen mensenrechtenorganisaties in de VN betreft dit ook de propaganda. Beide zijn autoritaire landen met een minderwaardigheidscomplex die vinden dat ‘het Westen’ ze in het verleden heeft vernederd. Beide zoeken het herstel van een historisch imperium. Los van de tegengestelde belangen – waarvan we het aantal niet moeten onderschatten – leidt deze gedeelde mentaliteit in ieder geval tot een sociale solidariteit.

    Wat dit betekent op de lange termijn valt lastig te voorspellen. Maar het is in ieder geval duidelijk dat de Chinese strategie in Europa nu al grote averij heeft opgelopen.

  • De Winterspelen van Peking als Chinese middelvinger naar het Westen

    De Zomerspelen van Peking in 2008 worden vaak aangeduid als het moment waarop China echt aantrad op het wereldtoneel. De Winterspelen van Peking in 2022 zullen de geschiedenis ingaan als het moment waarop China tegen de wereld – en vooral tegen het Westen – zei: wil je onze nieuwe wereldorde niet? Zak d’r dan maar in.

    Het Nederlandse publiek zal het live in de uitzending wegtrekken van NOS-correspondent Sjoerd den Daas het meest bijgebleven zijn. Maar zoals de NOS na afloop ook al zei, dit soort zaken zijn inmiddels routine voor journalisten in China. Deze keer gebeurde het slechts voor een draaiende camera. Wat mij vooral opvalt, is hoe Peking geen enkele moeite doet om heel diplomatiek te doen.

    Boze tweets van twee organen van de Afdeling voor Propagandawerk van de Partij, de regeringsvoorlichting en persbureau Xinhua.

    De algemeen vijandige houding van Chinese functionarissen, die het nu helemaal gehad lijken te hebben met ‘het Westen’, komt niet alleen meer naar voren door de zogenaamde ‘wolf warrior’-diplomaten die zich op Twitter richten tegen specifiek landen of academici, maar ook een algehele afkeer van ‘Westerse’ journalisten die de geweldige Winterspelen zouden aangrijpen om met leugens China zwart te maken. Sjoerd den Daas moet nu kapot volgens de nationalisten, en zoals verslaggevers als Amy Qin kunnen beamen is hij niet het enige doelwit.

    De agressieve stemming wordt versterkt door de manier waarop de Chinese Communistische Partij (CCP) de zogenaamde boodschap van universele menselijkheid en wereldvrede van de Olympische Spelen ombuigt tot Chinese propaganda. Het succesvol organiseren van de spelen zelf – ondanks covid-19 en ‘Westerse’ sabotagepogingen – wordt aangewend om de grootsheid van het socialisme met Chinese karakteristieken aan te prijzen. De slogan ‘samen voor een gedeelde toekomst’ (一起向未来 yīqǐ xiàng wèilái, ‘Together for a Shared Future) echoot Xi Jinpings politieke slogan ‘gemeenschap met een gedeeld lot voor de mensheid’ (人类命运共同体 rénlèi mìngyùn gòngtóngtǐ, ‘a global community of shared future’). De openingsceremonie was een viering van Chinese kracht.

    De fakkelloop begon al met een provocatie toen de organisatie Qi Fabao als een van de dragers aanwees. Qi is een officier in het Volksbevrijdingsleger (PLA) die gewond raakte bij het recente conflict met India in de Galwan-vallei waarbij twintig Indiase soldaten omkwamen. Indiase diplomaten boycotten vervolgens de openingsceremonie. Taiwan had helemaal niet mee willen lopen tijdens die ceremonie uit angst voor diplomatieke vernedering, maar werd uiteindelijk gedwongen door het IOC. De voorspelde Chinese manipulatie volgde zoals voorspeld.

    De ceremonie zat ook vol symbolen waarmee Peking haar politieke agenda uitdroeg. Taiwanezen vielen over een verloren duifje dat zich na aanmoediging weer bij de groep voegde. De rest van de wereld keek hoe China een Oeigoerse atleet gebruikte om de vlam aan te steken tijdens een spelen waarbij veel politici wegblijven uit afkeuring van de genocide die Peking aan het plegen is in Xinjiang terwijl men doet alsof er niks aan de hand is. Zuid-Koreaanse nationalisten waren boos over het verschijnen van een Koreaan in traditionele ‘hanbok’ (한복 韓服) als onderdeel van een segment waarin China alle vrolijke minderheden in harmonie toonde.

    De echte klappen vielen in het diplomatieke deel. Xi Jinping – al sinds het begin van de pandemie alleen in Peking – gebruikte de gelegenheid om een hele trits, vooral niet-democratische leiders, te treffen. De belangrijkste ontmoeting was die met Vladimir Poetin. Tegen een achtergrond van een dreigende Russische invasie van Oekraïne gaven beide staatshoofden een verklaring uit die vooral veel Chinese wensen voor een nieuwe wereldorde onderstreepte, maar ook Chinese steun uitsprak voor de Russische visie van de NAVO als antagonistisch reliek uit de Koude Oorlog. De nationalistische Chinese tabloid Global Times gebruikte de gelegenheid om een nieuwe periode in internationale betrekkingen in te luiden, voorbij de Amerikaanse ‘hegemonie’. Argentinië wisselde steun voor de Chinese claim op Taiwan uit voor Chinese steun voor de Argentijnse claim op de Britse Falkland-eilanden.

    Het Xi-geobsedeerde staatspersbureau Xinhua somde de diplomatieke inspanningen van de grote leider op in drie kopjes, door mij als volgt geïnterpreteerd:

    • ‘solidariteit’, samen met VN en niet-Westerse landen de mondiale uitdagingen aangaan (met Chinese oplossingen);
    • ‘ontwikkeling’, dankzij Chinese BRI-infrastructuurbouw en Xi’s nieuwe ‘Global Development Initiative’ (GDI, 全球发展倡议 quánqiú fāzhǎn chàngyì, onthou die term!);
    • en ‘wederzijds respect’, een ‘democratischer’ model van de internationale betrekkingen waarin ‘het Westen’ niet langer de toon kan zetten.

    Het Chinese zelfvertrouwen dat het geen rekening meer hoeft te houden met gevoeligheden en de achtergrondtoon van agressie richting het Westen maken duidelijk welke mijlpaal in de Chinese zelfontwikkeling de Winterspelen van Peking zijn. Landen en personen die niet op het bovenstaande zitten te wachten: zak d’r maar in.

  • Hoe Chinese subsidie de VU Amsterdam in het Verenigd Front sleept

    De NOS kwam vorige week met de onthulling dat het Cross-Cultural Human Rights Centre (CCHRC) van de Vrije Universiteit in Amsterdam gesubsidieerd wordt door de Southwest University of Political Science and Law (西南政法大学) in de Chinese stad Chongqing. Afgelopen december vroeg de China Media Project (CMP) al aandacht voor de absurd pro-Pekingese geluiden die vertegenwoordigers van het CCHRC te berde brachten tijdens het ‘Zuid-Zuid Mensenrechtenforum’ (南南人权论坛) in China.

    In 2019 schreef Sinopsis over de hulp die het werk van CCHRC China bood in de VN-mensenrechtenraad. Bij het forum viel de onvolprezen CMP ook al op, hoe het CCHRC verweven leek met de organiserende staatsmedia, het forum en de universiteit uit Chongqing. De link van die laatste is nu uitgelegd door de NOS. Voor die eerste connecties is het nodig om te spreken over het ‘Verenigd Front’ – tǒngzhàn 统战.

    Wat is het Verenigd Front?

    Dit onderwerp is verwarrend. Een reden daarvoor is dat het verenigd front ook een tactiek is – ik schreef voor de Clingendael Spectator een stuk waarin het vertaalde als ‘eenheidsfronttactiek’ en uitlegde hoe deze zichtbaar is in de Chinese behandeling van Europa. Hier wil ik echter schrijven over de andere betekenis van het woord: de kluwen aan departementen en organisaties die ooit zijn opgericht om deze aanpak te institutionaliseren.

    De Chinese Communistische Partij (CCP) is een onvervalste leninistische partij. Die controleert de partijstaat met een piramide van partijcomités in elke afdeling en instelling. Elk comité heeft een partijsecretaris die valt onder de partijsecretaris van het comité op het niveau boven hem. Bovenaan staat de Algemeen Secretaris van het Centraal Comité, ene dr. Xí Jìnpíng (习近平).

    Maar dat laat nog een hele boel mensen over buiten de Partij. Daarvoor heeft de CCP heeft een Afdeling voor Verenigd Front-werk (UFWD, United Front Work Departmenttǒngyī zhànxiàn gōngzuòbù 统一战线工作部). De UFWD is verantwoordelijk voor buitenpartijse krachten zowel in binnen- als buitenland. De Afdeling houd zich in de woorden van professor Anne-Mary Brady’s boektitel bezig met Making the Foreign Serve China. Dit is niet hetzelfde als de traditionele spionageactiviteiten van de staatsveiligheid en de publieke ordediensten.

    Enkele afdelingen zijn specifiek verantwoordelijk voor mensen van Chinese komaf in het buitenland, een functie waarvoor Chinese ambassade’s personeel hebben. Deze overzien of monitoren een kluwen van pro-Peking organisaties in hun land, zoals de Association of Chinese Scholars and Students in the Netherlands (ACSSNL), beschreven door Follow the Money. De Chinese gemeenschapsorganisaties komen vaak bijeen onder de paraplu van de lokale Chinese Peaceful Unification Promotion Association – de naam een erfenis uit de tijd dat deze nog concurrentie had van KMT-groepen.

    De wolk

    Tot zo ver het ideaal. Een probleem van het Chinese systeem is dat zo’n leninistische piramide niet altijd de monolitische eenheid is die Peking graag voorspiegelt naar buiten toe. De almacht van de lokale partijsecretaris zorgt niet alleen dat hij in zijn eigen jurisdictie zijn taak zonder tegenstand uit kan voeren, het biedt ook mogelijkheden om voor het Centrum in Peking te verbergen dat bepaald beleid vooral eigenbelang dient.

    Het Chinese politieke systeem dupliceert de nationale afdelingen op alle lagere niveau‘s. Provincies en gemeentes hebben dus ook eigen United Front Work Departments. Partijsecretarissen worden geacht om deze middelen in te zetten om aan nationale doelen bij te dragen. Een provincie als Fujian en Fujianese gemeentes organiseren bijvoorbeeld eigen Verenigd Front-werk gericht op Taiwan en Singapore, op basis van de historische banden. Dit biedt ook hulpmiddelen om bijvoorbeeld met buitenlandse investeringen een concurrent voor promotie in de naastgelegen stad te verslaan in economische groei.

    Ook in Nederland zullen verschillende Chinese provincies en steden actief zijn, naast de ambassade zelf. Daarnaast hebben provincies, gemeentes, universiteiten, staatsbedrijven, en partijstaat-geleide NGOs ook eigen doelstellingen gekregen op het gebied van bijvoorbeeld internationalisering. Hiervoor ontplooien ze ook allerlei initiatieven. Bovendien kan het ook voor privébedrijven politiek nuttig zijn om met een stichting initiatieven te ontplooien die de politieke doelen van de Partij dienen.

    Dit creëert een wolk aan organisaties en activiteiten over de hele wereld. Naast de doelstelling van het UFWD om buitenpartijse figuren te gebruiken of te neutraliseren, zijn er natuurlijk ook de gewone motiveringen: winst, groei, oprechte interesse, etc. Maar hoe onsamenhangend deze wolk ook moge zijn, uiteindelijk zweeft hij wel in de richting die de Partij wil. Er zijn coördinerende organisaties zoals de UFWD, ministeries en de daarmee verweven organisatie achter stedenbanden. Maar de wolk rent ook mee met sociale en politieke signalen. Het kan nuttig zijn om mijn eerdere uitleg van ‘common prosperity’ als massacampagne in mijn stuk ‘regeren per slogan’ terug te lezen.

    Er zijn veel delen van de wolk die in ruil voor wat Chinese subsidie en aandacht jouw naam willen kopen. Het risico is dat je dan door die wolk ingekapseld wordt, wanneer je met verbonden organisaties in zee gaat. Een reden is de altijd aanwezige sociale dynamiek; in de wereld van de ‘westerse’ mensenrechtenorganisaties gelden ook sociale normen. Maar de leninistische aansturing van de wolk betekent dat wanneer je één groep boos maakt, de rest in paniek wegvlucht. Kijk maar hoe snel de Amerikaanse NBA verdween van het Chinese internet nadat een trainer zijn steun uitsprak voor de demonstraties in Hong Kong. Gezien het enthousiasme waarmee men zich op de Chinese markt had gestort, was dat een flinke financiële klap. Dit kan ook onder academici leiden tot zelfcensuur. Ook versterkt isolatie in de bubbel overtuigingen.

    Tankies

    Deze wolk biedt ook veel kansen op steun en baantjes voor de mensen die dat bewust opzoeken. Een deel hiervan bestaat uit mensen die er het beste van willen maken binnen de grenzen die er zijn. Een deel bestaat uit wat in het Engels ‘grifters’ heten, mensen die het spel meespelen om mee te mogen eten uit de ruif. Maar de wolk is ook uiterst aantrekkelijk voor figuren die men neerbuigend aanduidt als ‘tankies’.

    Het woord ‘tankie’ stamt uit de jaren vijftig. Het werd oorspronkelijk gebruikt in het Verenigd Koninkrijk voor de communisten die trouw bleven aan Stalin en de Sovjetunie nadat Moskou tanks naar Oost-Berlijn en Boedapest stuurde. De term is weer teruggekomen nu een hele industrie aan Assad-supporters, Vezenuelaliefhebbers en pro-Ruslandvloggers gezelschap krijgt van Amerikaanse organisaties die bijvoorbeeld onder het mom van ‘No Cold War’ Peking bij alles steunen, hoe zeer het ook in conflict is met hun vermeende linkse ideologie.

    De tankies zijn niet arm. De samenzweringswebsite The Grayzone heeft banden met het Kremlin en wordt gedeeld door Chinese diplomaten. Op sociale media krijgen influencers steun en geld van China om pro-Pekingcontent te publiceren. In Amerika heeft een techmiljonair US$65 miljoen gegeven aan organisaties die Pekings spreekpunten verspreiden en de genocide van de Oeigoeren in Xinjiang ontkennen. En nu heeft de NOS dus subsidie gevonden voor een instituut aan de VU dat consistent Chinese propaganda over mensenrechten verspreid.

    Want gebaseerd op wat ik heb gezien van de genoemde Tom Zwart en Peter Peverelli durf ik wel te zeggen dat beide tankies zijn. Dat betekent natuurlijk niet dat beide mannen ‘gekocht’ zijn door China. Ik noem de tankies specifiek om aan te stippen dat dit niet alleen een probleem van Chinese inmenging is, maar ook om politieke meningsverschillen gaat. Maar omdat die hele wolk aan organisaties bestaat, kunnen zulke mensen makkelijk financiële steun krijgen, op televisie verschijnen, geheel verzorgde conferenties in China bijwonen en aangevoerd worden als blijk van buitenlandse steun voor de verschikkingen waar de Partij verantwoordelijk voor is.

    Conclusie

    Juist omdat we het hier hebben over vaak diepgevoelde politieke opvattingen en buitenlandse inmenging die komt met de suggestie van nationaal verraad – dat is ook hoe Chinese nationalisten de Westerse steun voor Chinese mensenrechtenstrijders zien – is dit een heel gevoelig onderwerp. Daar komt nog bij dat mensen van Chinese komaf extra kwetsbaar zijn voor racisme in landen waar ze een minderheid vormen.

    Boeken als ‘Stille verovering’ (‘Hidden Hand’) van Clive Hamilton en Mareike Ohlberg of A Machiavellian Moment van een Franse militaire denktank lezen voor mij vooral als een waslijst aan namen van mensen en organisaties die banden hebben met Peking of de CCP steunen. Maar dat is op zichzelf natuurlijk gewoon toegestaan. Waar het boek zwak is en waar veel analyse tekort schiet is aan te tonen hoe het past in het Chinese systeem. Meer specifieke aandacht is nodig voor hoe China de wolk aanstuurt en voor de personen die over de juridische schreef gaan.

    In The Guardian schrijft de expert Martin Thorley over de recente aanwijzing door de MI5 van Christine Lee als agent voor Peking dat „the current relationship between liberal democracies and authoritarian states is more like a phoney peace.” Hij spreekt over deze ‘Schemervrede’ omdat China (en Rusland) al actief en systematisch bezig zijn om de politieke systemen van Westerse landen via beïnvloeding proberen aan te passen. Hier moeten wij met een antwoord op komen. De desinfecterende zonneschijn van de NOS helpt mee de wolk doorzichtiger te maken.

    Maar het is belangrijk dat we dit voorzichtig doen. Ik stel voor om de Chinese beïnvloeding op te delen in drie categorieën:

    1. De eerste categorie betreft ondermijnende activiteiten. De wet moet simpelweg worden nageleefd bij spionage, oneigenlijke beïnvloeding en intimidatie. Universiteiten moeten contracten die de academische vrijheid beperken ontbinden. Studenten die voor een buitenlandse ambassade medestudenten bespioneren of intimideren moeten voor een disciplinecommissie komen. 
    2. De tweede categorie betreft medeplichtigheid aan mensenrechtenschending. Wanneer de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit met het Chinese surveillance- en telecombedrijf Huawei samenwerken op het gebeid van kunstmatige intelligentie, dan helpen ze dat bedrijf bij het ondermijnen van mensenrechten in China. Wanneer een Nederlandse universiteit steun geeft aan een instituut dat in ‘de wolk’ zit, dan wordt Nederlandse belastinggeld aangewend voor propaganda die het Chinese systeem verdedigt of sterkt. Dit is niet erg consistent met de miljoenen die Nederland uitgeeft aan mensenrechten in het buitenland.
    3. De derde categorie betreft kwalijke politiek. Universiteiten die buigen voor druk van Chinese nationalisten uit financiële motieven verdienen publieke veroordeling. Een professor die naar bijeenkomsten gaat van een organisatie die nauwe banden heeft met de Chinese ambassade en daar zegt hoe geweldig hij Xi Jinping vindt, maakt gebruik van zijn grondwettelijke vrijheden van vergadering en van meningsuiting. ‘Kwalijke politiek’ van individuen dient op politieke wijze bestreden te worden, of in ieder geval buiten de overheid om – via debat, demonstraties, studentenverkiezingen en de vrijheid van instellingen om zelf te bepalen wier contract ze wel of niet verlengen en welk instituut ze wel of niet openhouden.

    De wolk die het Verenigd Front heeft gecreëerd, is simpelweg het resultaat van de manier waarop de Chinese partijstaat functioneert. In sommige gevallen vormen ze slechts de tegenhangers van wat in Nederland Nuffic, RVO, enz. zijn. Het grote verschil is dat organisaties in China altijd onder de uiteindelijke controle van de Partij staan en dat deze wolk de wereld in een richting uitstuurt die wij als slecht beoordelen.

    Het is daarom de zaak om voorzichtig te zijn. Verlies niet uit het oog welke organisaties onder het Verenigd Front vallen. Maar realiseer je daarbij ook dat er meer prikkels spelen bij de verdeelde Chinese overheid. Daarnaast is het ook onvermijdelijk dat er ware gelovigen – de tankies – zijn, die ook gewoon de vrijheid hebben om dat te geloven. Het voorkomen van ongewenste Chinese beïnvloeding vereist dus zowel wetshandhaving als een politieke strijd. Voor dat laatste is meer nodig dan enkel de overheid er op af sturen.

  • Waarom vastgoed zo essentieel is voor de stabiliteit van het Chinese systeem

    De in zwaar weer geraakte Chinese vastgoedontwikkelaar Evergrande (恒大 héngdà) is ook in Europa veelvuldig in het nieuws geweest. Hoewel de avonturen van voorzitter en luxebeest Hui Ka Yan (许家印 Xǔ Jiāyìn) en illegale tropische projecten tot de verbeelding spreken, is Evergrande niet de enige. Minder flashy ontwikkelaars zoals Kaisa (佳兆 jiāzhào) en Shimao (世茂) komen nu ook in de problemen.

    De situatie leidt tot discussie over de houdbaarheid van het Chinese groeimodel en de vraag of er een vastgoedbubbel is in China. Ik wil het hier echter hebben over lokale overheden en hoe afhankelijk die zijn van vastgoed. Problemen daarmee raken aan het fundament van het dagelijks functioneren van dat deel van de staat waar de doorsnee Chinees het meest mee te maken heeft.

    Economische ontwikkeling en en vastgoedprijzen zullen niet zo snel instorten in de rijke steden aan de oostkust met relatief capabele overheden als Peking, Shanghai, Hangzhou en Guangzhou. In het zéér ongelijke maar erg grote China zou zelfs een inefficiënt systeem nog genoeg mensen voortbrengen om deze steden te vullen. Maar of je nu claimt dat die middenklasse bestaat uit 200 miljoen, 400 miljoen of 600 miljoen mensen, op een bevolking van 1,2-1,4 miljard hou je dan nog altijd 600–1,200 miljoen mensen over die in de slechtere gemeentes wonen.

    China heeft nog steeds interne paspoorten – de zogeheten hùkǒu (户口) – die tegenwoordig niet meer je volledige leven bepalen, maar wel van welke overheid je sociale diensten krijgt. Voor o.a. zorg, scholing, en uitkeringen moet je naar de stad waar je geregistreerd staat. Dit is bijvoorbeeld de reden dat fabrieksarbeiders hun kinderen bij opa en oma op het platteland laten, ook al zijn de voorzieningen daar vaak slecht.

    Een hùkǒu krijgen in een rijke stad is moeilijk. Net als dat men in Nederland paranoïde verhalen vertelt over Poolse of Turkse ‘uitkeringstrekkers’, is de Shanghaise middenklasse ook bang voor golven aan plattelanders die de schaarse plekken in de goede scholen in zouden kunnen nemen.

    Een reden dat het zo veel uitmaakt in welke stad je diensten krijgt, is dat de financiering van lokale overheden niet alleen afhangt van de lokale belastinginkomsten, maar voor een erg groot deel ook van de inkomsten uit landverkoop. Sinds de belastinghervormingen in de jaren negentig gaat het grootste deel van de belasting naar de centrale volksregering in Peking. Maar ondertussen dijen de sociale taken van lokale overheden wel steeds meer uit.

    Grond is in China nog altijd van de staat. Wat je koopt is doorgaans de ‘Land Use Rights’ (LUR, 土地使用权 tǔdì shǐyòng quán), meestal ook slechts een lease voor een beperkt aantal jaren – hoewel veel kopers er van uit gaan dat de overheid deze leases niet af zal durven laten lopen. De twee belangrijkste categorieën zijn stedelijke LURs en agrarische LURs. Die eerste kunnen ontwikkeld worden, die laatste hebben beperkingen om te zorgen dat ze voor de landbouw gebruikt worden.

    Het is de lokale overheid die een agrarische LUR om kan zetten in een stedelijke. Het compenseert boeren met de lage marktwaarde van landbouwgrond, zet de LUR dan om in stedelijke grond en verkoopt het vervolgens door aan ontwikkelaars. Het verschil is winst. Dit is een enorm belangrijke inkomstenbron: het verschilt per jaar en regio, maar volgens een bron zijn lokale overheden gemiddeld genomen afhankelijk van de verkoop van land voor 40% van hun inkomen.

    Dit model is niet alleen oneerlijk voor de plattelanders, het probleem is ook dat je maar zoveel vastgoed en infrastructuur nodig hebt. Dat wordt nog eens versterkt door het feit dat China ook te maken heeft met vergrijzing en leegloop van het platteland. Alleen is er nog geen alternatieve inkomstenbron gevonden. Proeven met de vaak geopperde ontroerend-goedbelasting worden nu weer uitgesteld.

    Een tweede reden voor het belang van vastgoed in het Chinese systeem is dat de welvaart van de middenklasse voor een groot deel in bakstenen zit. Dat is ook een reden waarom die onroerend-goedbelasting zo gevoelig ligt. Chinezen sparen veel, met in het achterhoofd de onrust in het verleden en in het voorhoofd de gebrekkige sociale voorzieningen.

    Niet alleen is de stedelijke middenklasse voor de Partij gewonnen (en rijk geworden) door ze de voormalige staatsappartementen te verkopen tegen bodemprijzen. Vastgoed was jarenlang dé plek om het spaargeld in te investeren. Het is niet ongebruikelijk om meerdere appartementen te kopen en ze gewoon leeg te laten staan – men heeft geen zin in gedoe met huurders en de enorme rendementen maakten dat het toch wel winst opleverde.

    Wanneer dat instort, dan staat de Partij niet alleen een verarmde bevolking te wachten maar ook een boze verarmde bevolking. In Peking en Shanghai zie ik dit niet zo snel gebeuren, want de vraag zal daar niet zo snel verdwijnen. Maar er zijn genoeg kleinere steden waar de vastgoedmarkt dichter in de buurt van een gevaarlijke bubbel komt.

    Een derde reden is namelijk dat delen van de vastgoedmarkt in China volgens sommigen kenmerken van een piramidespel hebben. Het was namelijk jarenlang niet ongewoon in China om kopers de volledige eigen bijdrage en hypotheeksom te laten overhandigen aan de vastgoedontwikkelaar voordat er al gebouwd was. Die gebruikten dat geld vervolgens om al vast nieuw land te kopen, in de verwachting dat de vraag toch zou blijven groeien en de prijzen toch zouden blijven stijgen. De kopers konden zich ondertussen de krappe hypotheek veroorloven, omdat de lonen stegen en de rendementen enorm zouden zijn.

    China groeit nu echter minder hard. Een oorzaak voor de problemen van bijvoorbeeld Evergrande zit hem in het feit dat het bovengenoemde spelletje nu uit is. Dat laat kopers achter met een volle hypotheek en een huis dat niet af is. Wanneer dat op grote schaal zou gebeuren, dan raakt het niet alleen de ontwikkelaars en hun toeleveranciers, maar ook het banksysteem, en uiteindelijke de Chinese middenklasse.

    Een vierde reden is dat het Chinese groeimodel in het verleden voor een groot deel afhing van de bouw. De lokale partijsecretaris wordt voor een belangrijk deel afgerekend op de BNP-groei die hij levert en het aantal banen dat hij creëert. Wegen, treinen, huizen en kantoren bouwen zijn altijd een beproefde methode geweest om de cijfers op te krikken – zo erg zelfs dat hoogleraar financiën aan de Universiteit van Peking Michael Pettis vragen stelt bij de Chinese BNP-cijfers, omdat hij vindt dat achter zulke staatsgestuurde bouw geen reële economische groei zit.

    Als er werkelijk geen reële economische waarde tegenover al die leegstaande appartementencomplexen en onbereden wegen komt te staan, dan gaat dat op termijn gevolgen hebben voor de banken die daarvoor geleend hebben, en voor de lokale overheden die allerlei Local Government Financing Vehicles (LGFVs, 地方政府融资平台 dìfāng zhèngfǔ róngzī píngtái) op hebben gezet om beperkingen van de centrale overheid op leningen te omzeilen.

    Maar het zou sowieso betekenen dat het lastiger wordt om de geweldige groeicijfers van vroeger te halen. Een nieuw model is noodzakelijk. Niet alleen dat, het zal ook de ongelijkheid tussen de regio’s verder versterken, omdat de armere overheden afhankelijker waren van zulke activiteiten om toch nog enige groei te genereren. Dit zal de trek naar de rijke steden versterken, met alle gevolgen van dien.

    Chinese lokale overheden verschillen enorm in kwaliteit en economische kansen. Een economie als die van Shanghai of Peking of Guangzhou verdwijnt niet zo maar. Het is echter ook belangrijk om te zien dat in het grote China er nog veel meer gebeurt. Hoewel het voor buitenlandse pers makkelijker is om zich te vergapen aan de torens van Shanghai, liggen de Chinese leiders nog steeds wakker van de binnenlandse regio’s waar nog altijd honderden miljoenen mensen wonen.

  • Xi Jinping en Vladimir Poetin verklaren zich solidair terwijl spanning tussen Rusland en Westen toeneemt

    Afgelopen woensdag troffen de Chinese president Xí Jìnpíng (习近平) en de Russische president Vladimir Poetin elkaar online. „Zwei Diktatoren geben sich solidarischkopte Die Zeit. De actuele zorg in Europa is momenteel over de Russische eisen t.o.v. de NAVO en Oekraïne, waarvoor het Kremlin Chinese steun zegt te hebben. Maar de betrekkingen gaan dieper. Het Chinese staatspersbureau Xinhua opende met de claim van beide dictatoren dat hun landen ‘international fairness’ zullen waarborgen. China en Rusland vinden elkaar steeds meer in hun gedeelde oppositie tegen de ‘Westerse’ wereldorde.

    Geruchten over een gelijktijdige Russische invasie van Oekraïne en een Chinese invasie van Taiwan om de Verenigde Staten met een twee-frontenoorlog te confronteren zijn te sensationalistisch. Eerder schreef ik al waarom een invasie van Taiwan momenteel niet in het Chinese belang is. Maar er is wel degelijk strategische convergentie.

    Het nationalisme van Poetin en Xi heeft enkele overeenkomsten. Zo zien beide de val van de Sovjetunie als een ramp. De leden van de Chinese Communistische Partij (CCP) hebben interne studies over de oorzaken hiervan verplicht moeten bestuderen. Daarna deelt het groeiende etnonationalisme in beide landen een verhaal van nationalistische vernedering aan de hand van Westerse mogendheden.

    Hoewel Rusland zich lang te goed voelde om zich te voegen naar de rol van junior partner die het zelfbewuste China van de voormalige communistische grote broer verlangt, lijkt Poetin sinds de vervreemding van Europa steeds meer bereid om dat de accepteren. De rol van de door China geleidde Shanghai Cooperation Organisation (SCO) en Belt and Road Initiative (BRI) in Centraal-Azië – traditioneel Ruslands ‘achtertuin’ – neemt ook toe en omvat steeds meer militaire componenten.

    Zorgen over de Chinese dominantie van Siberië in het dunbevolkte verre oosten van Rusland en de economische afhankelijkheid zijn natuurlijk relevant. Daarnaast komen er nog claims van extreme Chinese nationalisten bij over grondgebied dat het Qing-keizerrijk ooit aan het Russische Keizerrijk af heeft moeten staan – Vladivostok heette eens Haišenwai (ᡥᠠᡳᡧᡝᠨᠸᡝᡳ, Chinees: 海參崴 hǎishēnwǎi) in wat toen nog Buiten-Mantsjoerije was.

    Maar gezien de strategische belangen van de samenwerking in een wereld die Peking als steeds vijandiger beoordeelt, verwacht ik niet dat deze Russische angsten zo snel bewaarheid zullen worden. De berichtgeving van Xinhua over wat de leiders zeiden tijdens de top, laat ook zien dat ze veel gedeelde waarden en doelen hebben.

    Natuurlijk komt Poetin naar de Olympische Winterspelen van Peking – voor de pandemie ging er elk oneven jaar een Chinese president op staatsbezoek naar Rusland, dus zulke nauwe betrekkingen zijn niet nieuw. Beide landen zien ook een ‘Koude-Oorlogsmentaliteit’ en ‘hegemonistische handelingen’ in pogingen om de irredentistische ambities van Peking en Moskou in te dammen.

    Eerder legde ik al uit wat China bedoelt met ‘echt multilateralisme’: oproepen tot meer ‘democratie’ en ‘eerlijkheid’ in de internationale betrekkingen zijn verkapte aanvallen op wat Peking ziet als Amerikaanse hegemonie en unilateralisme. Poetin en Xi delen ook verzet tegen aanvallen op hun recht om ‘democratie’ te herdefiniëren en andere ‘buitenlandse inmenging’ in hun interne aangelegenheden.

    Deze ideologische samenwerking is iets waar Europa beducht op moet zijn. Autoritaire landen zijn al steeds invloedrijker in de internationale fora, en onderzoek maakt duidelijk hoe invloedrijk deze Like-Minded Group (LMG) al is in de Verenigde Naties.

    Maar van directer belang voor de Europese leiders die bijeenkomen om de Chinese diplomatieke en economische bedreiging van Litouwen en de Russische bedreiging van Oekraïne te bespreken, is dat Xi zegt dat „China and Russia need to launch more joint actions to uphold the security interests of the two sides more effectively”. Oorlogsfantasieën leiden alleen maar af van de praktische congruentie die al plaats vindt.

  • Wat Xi Jinping’s ‘common prosperity’ gemeen heeft met het ‘Belt and Road Initiative’

    Waar een paar jaar terug iedereen binnen en buiten China over elkaar heen buitelde om Xi Jinping’s hippe Belt and Road Initiative (BRI) – ‘One Belt, One Road’ (OBOR, 一带一路 yī dài, yī lù) – uit te leggen, is het nieuwe trendwoord ‘common prosperity’ (共同富裕 gòngtóng fùyù). Voor een toegewijde pekingoloog is het nuttig om de specifieke toespraken van Xi bij de introductie van deze projecten door te pluizen om te begrijpen wat er nu precies gaat gebeuren. Voor de gemiddelde toehoorder valt er meer te leren door op een abstracter niveau te blijven. De BRI en ‘common prosperity’ zijn namelijk een soort van massacampagne’s, echo van het gebruik van de Chinese Communistische Partij (CCP) om te regeren per slogan. Het heeft dan ook niet heel veel zin om te zoeken naar een specifiek beleidsplan.

    Regeren per slogan

    In haar vergelijkend onderzoek naar de modernisering van het openbaar bestuur in vroeg-communistisch China en naoorlogs Taiwan beschrijft de academica Julia C. Strauss het verschil tussen de moorddadige partijstaten van de CCP en de Taiwanese reïncarnatie van de Chinese Nationalistische Partij (KMT). Het totalitarisme van de KMT leunde veel sterker op een toneelspel van bureaucratie en juridische procedure’s. De paternalistische bureaucraten maakten gebruik van beleidsdocumenten die hun martelingen en executies een zweem van systematiek gaven. De nachtmerrie van de CCP bestond uit het mobiliseren van massacampagne’s (运动 yùndòng) met het behulp van slogans en voorbeelden die de lokale partijkaders en ‘de massa’ samen mobiliseerden voor de doelen van de Partij.

    BRI begon ook als slogan. Na de eerste toespraak van Xi in 2013 in Kazachstan kwamen verschillende experts met verschillende kaartjes die de routes van de ‘Silk Road Economic Belt’ en ‘21st Century Maritime Silk Road’ zouden tonen. Er is echter geen geheim masterplan. Wat er gebeurde, was dat in allerlei toespraken en artikelen het Centrum (中央 zhōngyāng, d.w.z. ‘Peking’) de beleidsrichting in slogans uiteenzette. Op lokaal niveau gingen Chinese beleidsmakers en (staats)bedrijven daar vervolgens mee aan de slag.

    Het promotiesysteem dwingt Chinese functionarissen te werken op de korte termijn. De beoordeling van hun voortgang – en dus hun promotie – hang niet alleen af van economische groei en ‘stabiliteitsbeheer’ (维稳 wéiwěn) in hun jurisdictie, maar ook van hun steun voor de laatste projecten van het Centrum. Men begon met rap bestaande projecten te voorzien van het nieuwe BRI-stempel. Daarnaast kwamen er nieuwe projecten, geholpen door makkelijk geld van banken die ook hun steun moesten laten zien. Dit was niet centraal geregeld.

    Voorbeeld van de contradicties die dit op kan leveren zijn de twee concurrerende diepzeehavens in Maleisië, gesteund door elk een andere Chinese provincie. De mogelijkheden tot misbruik en de wildgroei aan projecten zorgt dat na de initiële explosie het Centrum orde op zaken stelt door de excessen aan te pakken en modelprojecten te promoten in publicaties als het Volksdagblad, wat omlaag filtert via lokale partijstaatsmedia. Aanpassingen volgen.

    Common Prosperity

    Nu heeft Xi een nieuw project, bedoeld o.a. om de groeiende ongelijkheid aan te pakken. Zoals George Magnus observeert, is het nieuwe ‘common prosperity’ ook een slogan. Hoewel de geplande proeven met belasting op ontroerend goed wel enigszins in de richting van hervormingen wijzen, lijkt het erop dat we geen uitgedacht beleidsdocument hoeven te verwachten. In plaats daarvan zien we, net als bij het BRI, dat op de lagere niveau’s men de nieuwste oekaze van het Centrum heeft gelezen en met de vertrouwde verzameling van subsidies en investeringen komt om te laten zien dat met het serieus neemt.

    Een werkelijke hervorming van het Chinese economische model zou een grondig nadenken vereisen aan de top. Maar daar zien we juist de sacralisering van het Chinese Socialisme, vorige week nog bevestigd door de geschiedenisresolutie van het Zesde Plenum van het Centraal Comité. Regeren per slogan is de modus operandi van de Partij. Ook de veelgeroemde Hervorming en Opening (改革开放 gǎigé kāifàng) ging verder op deze wijze. Na oproepen tot een nieuwe richting, volgde op lokaal niveau experimenten, waaruit de leiders dan een bloemlezing kozen ter lering en illustratie.

    Ik wil niet de technocraten tekort doen, wier plannen wel degelijk ook een grote rol speelden. Daarnaast is regeren per slogan ook een manier om te besturen, eentje die China heeft geleid tot waar het nu is. Het idee van ‘common prosperity’ is een logische invulling van de nieuwe ‘hoofdtegenstelling’ (主要矛盾 zhǔyào máodùn, ‘principal contradiction’) – „the contradiction between unbalanced and inadequate development and the people’s ever-growing needs for a better life” – die de Partij in 2017 aannam. Maar een specifieke definitie van wat het nu inhoudt, die krijg je zelfs niet van Xi. Het is de vraag of de aanpak die juist de ‘unbalanced and inadequate development’ op heeft geleverd, de manier is om de problemen daarvan op te lossen.

  • Enkele korte observaties over Xi’s mooie nieuwe geschiedenisresolutie

    De veelbesproken geschiedenisresolutie van China’s president Xí Jìnpíng (习近平) is aangenomen. Vanochtend hield het Centraal Comité van de Chinese Communistische Partij een persconferentie over de uitkomst van de Zesde Plenaire Zitting (6e Plenum). Gisteravond al kwam er een communiqué. Het grootste deel hiervan ging over de aanname en inhoud van de ‘Resolutie van het Centraal Comité van de CCP aangaande de belangrijke verworvenheden en historische lessen tijdens de eeuw van strijd van de Partij’ (中共中央关于党的百年奋斗重大成就和历史经验的决议). Er zijn andere mensen met veel betere kennis van de Chinese binnenlandse politiek, dus in dit blogbericht waag ik me slechts aan enkele korte observaties over het stuk.

    Draadje waarin ik de berichtgeving bundel.

    Xi de Grote Leider

    Het is belangrijk om op te merken dat we de tekst van de Resolutie zelf nog niet hebben. Maar op basis van de samenvatting in het Communiqué kunnen we al enkele dingen zeggen. Wat de meeste pekingologen als eerste hieruit opmaken, is een bevestiging van eerdere observaties dat Xi Jinping zich in het rijtje plaatst van de grote drie leiders: Máo Zédōng (毛泽东), Dèng Xiǎopíng (邓小平), en Xi Jinping zelf. Xi’s directe voorgangers – Jiāng Zémín (江泽民) en Hú Jǐntāo (胡锦涛) – worden wel (ieder één keer) genoemd, maar zijn duidelijk van mindere statuur.

    In contrast met de geschiedenisresoluties van Mao en Deng, gaat die van Xi niet over historische problemen maar over historische verworvenheden. Het is een triomfantelijk stuk. In een stuk voor China2025.nl legde ik uit in welk Moment in de geschiedenis China zich volgens de ideologie van de Partij nu bevindt. De verhaallijn uit eerdere toespraken van Xi is duidelijk. Mao heeft China doen opstaan, Deng zette China op het pad naar rijkdom, en onder Xi is China weer sterk geworden. Op basis van dit platform gaat het land op weg naar de Grootse Herrijzenis.

    Het Communiqué maakt duidelijk dat dit platform een ideologisch fundament heeft dankzij Xi Jinping. Hij:

    是习近平新时代中国特色社会主义思想的主要创立者。习近平新时代中国特色社会主义思想是当代中国马克思主义、二十一世纪马克思主义,是中华文化和中国精神的时代精华,实现了马克思主义中国化新的飞跃。

    is thus the principal founder of Xi Jinping Thought on Socialism with Chinese Characteristics for a New Era. This is the Marxism of contemporary China and of the 21st century. It embodies the best of the Chinese culture and ethos in our times and represents a new breakthrough [Sprong] in adapting Marxism to the Chinese context.

    bron: Engels; Chinees

    Voor de goede orde stelde men tijdens de persconferentie (minder belangrijk, want niet in communiqué) ook nog

    坚定拥护和维护习近平总书记的核心地位,全党就有定盘星,全国人民就有主心骨,中华“复兴”号巨轮就有掌舵者

    Als we standvastig de Kern-positie van algemeen secretaris Xi Jinping steunen en beschermen, dan heeft de hele Partij een richtsnoer, het hele Volk een steunpilaar, het grote schip van de Chinese Herrijzenis een Roerganger

    bron: Engels; Chinees

    Het moge duidelijk zijn: Xi Jinping is niet meer zo maar weg te krijgen. Zo lang hij leeft, zal hij politieke macht hebben. Want al die verwijzingen naar Xi en zijn Gedachten worden steeds sterker verankerd in de basisdocumenten van een Partij die gestuurd wordt door het verplicht bestuderen van zulke documenten.

    Het is nu de vraag of het Gedachtegoed van Xi Jinping voor het Nieuwe Tijdperk van het Socialisme met Chinese Karakteristieken op het belangrijke Partijcongres van oktober 2022 zal worden afgekort tot simpelweg Gedachtegoed van Xi. Zoals Chris Johnson zei in een podcast, deze resolutie is een poging van Xi om zijn suprematie te bevestigen, onderdeel van een politieke strijd in de aanloop naar dat congres, die al lang niet meer gaat over de vraag of hij de baas blijft (dat is al gewonnen), maar over hoe veel poppetjes de andere facties nog over weten te houden.

    Buitenlandbeleid

    Het Communiqué bevat twee paragrafen die over Hong Kong, Macao Taiwan en buitenlandbeleid gaan. (Voor China is Taiwan net als Hong Kong geen buitenlandbeleid.) De paragraaf over buitenlandbeleid stelt dat de ‘gemeenschap met een gedeeld lot voor de mensheid’ (人类命运共同体 rénlèi mìngyùn gòngtóngtǐ) een duidelijke vlag is die de trend van de geschiedenis leidt. De Chinese invloed, aantrekkingskracht en creatiekracht (塑造力 sùzàolì) zijn allemaal gegroeid. Net als uit de eerdere uitspraak dat Xi Jinping’s Gedachtegoed het marxisme van de 21e eeuw is, spreekt ook hieruit een steeds openlijker beleden geloof dat de Volksrepubliek de wereld een model te bieden heeft.

    De paragraaf over Hong Kong, Macao en Taiwan stelt dat het Centraal Comité een aantal maatregelen heeft aangenomen voor zowel de symptomen als de oorzaken van de problemen (采取一系列标本兼治的举措). ‘Patriotten’ besturen nu Hong Kong en Macao. Wat betreft Taiwan herhaalt het stuk de gebruikelijke afkeer tegen ‘separatistische activiteiten’ en ‘buitenlandse inmenging’. Maar het Communiqué stelt: „we hebben het initiatief en de mogelijkheid om betrekkingen [met Taiwan] te sturen stevig in de hand” (牢牢把握两岸关系主导权和主动权). Dit is geruststellende taal die claimt dat de Partij nog altijd de bovenhand heeft en zich dus ook geen avonturen op de hals hoeft te halen.

    De eerdere geschiedenisresoluties, van 1945 en 1981, noemden Hong Kong en Taiwan niet, omdat beide toen nog geen politieke prioriteiten waren van de Partij. Dat ze nu wel genoemd worden, betekent niet dat er een grote breuk is met het verleden. Ook wat betreft de ‘Consensus van 1992’ is er niks nieuws. Hoewel eerder lager geplaatste functionarissen experimenteerden met het vergaandere ‘de “Consensus van 1992” die het een China-principe belichaamt’ (体现一中原则的“九二共识”), volgt de formulering hier nog de vaste ‘een China-principe en de “Consensus van 1992”’ (一个中国原则和“九二共识”).

  • De kans op oorlog om Taiwan is klein maar de risico’s groeien

    De laatste tijd heeft men het ook in Nederland1Boekestijn en De Wijk, ‘De gevaarlijkste plek op aarde’BNR Nieuwsradio, 29 oktober 2021. steeds vaker over de risico’s op een oorlog om Taiwan. Als Taiwanexpert wil ik ook graag mij duit in het zakje doen. De eerste duit is een verwijzing naar het opiniestuk van Natasha Kassam, waarin ze oproept om vooral te luisteren naar wat de Taiwanezen zélf willen.2Natasha Kassa, ‘What Taiwan Really Wants’The New York Times, 29 oktober 2021.

    Het zou het niet om een oorlog gaan óm Taiwan, maar mét Taiwan. Het is belangrijk om te begrijpen wat Taiwanezen bedoelen met status quo en onafhankelijkheid. Het is niet (slechts) een geopolitieke strijd, maar vanuit dat perspectief een gevecht om het voortbestaan van de democratische en vrije staat op het eiland.

    Het is ook belangrijk om de Chinese binnenlandse politiek niet te vergeten. Mijn argument is dat China vooralsnog niet de intentie heeft om een oorlog te beginnen. De binnenlandse uitdagingen zijn nog te groot, zolang formele Taiwanese onafhankelijkheid nog kan worden afgeschrikt.

    Maar het risico op escalatie groeit wel. Hoe meer vliegtuigen Taiwan tarten en hoe sterker het nationalisme, hoe groter de kans dat het een eigen leven gaat leiden. Net als in 1914 in Europa zouden een ongeluk of overmoedigheid een vicieuze cirkel op gang kunnen brengen.

    China heeft vooralsnog niet de intentie

    Peilingen in Taiwan laten zien dat de mensen daar een oorlog nog niet zo waarschijnlijk achten.3CNA, ‘Most Taiwanese don’t think war in Taiwan Strait is probable: poll’Focus Taiwan, 2 november 2021. Analyse van de uitspraken van Chinese leiders geeft hier reden toe. In gezaghebbende stukken – zoals de recente geschiedenisresolutie van het Centraal Comité4‘Full Text: Resolution of the CPC Central Committee on the Major Achievements and Historical Experience of the Party over the Past Century’Xinhua Net, 16 november 2021. – zijn er nog altijd geen nieuwe concepten geïntroduceerd om het oude vertrouwde ‘vreedzame hereniging’ (和平统一 hépíng tǒngyī) te vervangen.

    De Amerikaanse expert Bonnie Glaser is de meest overtuigde uitdrager van deze lezing:5Fairbank Center for Chinese Studies, ‘Critical Issues Confronting China featuring Bonnie Glaser’YouTube, 30 september 2021. het beleid van Peking – druk bezig met de Grootse Herrijzenis – is volgens haar nu nog niet gericht op het nastreven van ‘hereniging’ met Taiwan, maar op het ontmoedigen van het verderfelijke ‘Taiwanese onafhankelijkheid’ (台独 táidú).6Richard Bush, Bonnie Glaser, en Ryan Hass, ‘Opinion: Don’t Help China By Hyping Risk of War Over Taiwan’NPR, 8 april 2021.

    In tegenstelling tot de Taiwanese president Tsai Ing-wen (蔡英文 Cài Yīngwén) 7CNA, ‘President vows to defend sovereignty’Taipei Times, blz. 1, 11 oktober 2021. houdt Peking namelijk nog altijd vol dat ‘het eiland Taiwan’ juridisch gewoon onderdeel is van de Volksrepubliek China (PRC) vanaf de oprichting op 1 oktober 1949. De ontkenning van de claim van Tsai dat Taiwan al onafhankelijk is,8John Sudworth, ‘China needs to show Taiwan respect, says president’BBC News, 14 januari 2020. is essentieel om niet een conflict ingesleurd te worden.

    China is namelijk wettelijk verplicht om militair in te grijpen, als het vaststelt dat Taiwan zich ‘onafhankelijk’ heeft verklaard.9Chunjuan Nancy Wei, ‘China’s Anti-Secession Law and Hu Jintao’s Taiwan Policy’. Yale Journal of International Affairs, jrg. 5. no. 1, blz. 121, winter 2010. Dat is de rode lijn waarvoor men dikwijls waarschuwt. Maar een oorlog komt de Chinese Communistische Partij (CCP) nu niet goed uit.

    Binnenlandse politieke beslommeringen

    Het grote doel van de CCP is de Grootse Herrijzenis van de Chinese Natie (中华民族伟大复兴 zhōnghuá mínzú wěidà fùxīng).10‘Full Text: Speech by Xi Jinping at a ceremony marking the centenary of the CPC’Xinhua Net, 1 juli 2021. Tegen 2049 moet China rijk, sterk en dominant zijn.11Rush Doshi, The Long Game: Chinas Grand Strategy to Displace American Order, Oxford: Oxford University Press, 2021. Maar dat is nog niet makkelijk.12Scott Rozelle en Natalie Hell, Invisible China: How the Urban-Rural Divide Threatens China’s Rise, Chicago: The University of Chicago Press, 2020; George Magnus, ‘The downfall of Evergrande foreshadows a difficult decade for China – and for Xi Jinping’The New Statesman, 15 december 2021. De gevolgen van een oorlog zouden alles in gevaar brengen. Een verlies zou het einde betekenen van het leiderschap, maar zelfs bij succes is het nog maar de vraag of de kosten opwegen tegen de baten.

    Het huidige moment is bovendien ook te kwetsbaar. Het economische model staat steeds meer onder druk.13Alexandra Stevenson, Michael Forsythe en Cao Li, ‘China and Evergrande Ascended Together. Now One Is About to Fall.’The New York Times, 28 september 2021. Op de korte termijn speelt een andere factor: binnenlandse politiek maakt dat de CCP politieke stabiliteit nu boven alles stelt.

    De pandemie is nog niet afgelopen. In februari 2022 zijn de Olympische Winterspelen van Peking. Maar bovenal: oktober 2022 is het Partijcongres waarop grote leider Xí Jìnpíng (习近平) naar verwachting zijn ongebruikelijke derde termijn zal krijgen, gevolgd door de parlementszitting van maart 2023 die de nieuwe machtsverhoudingen bevestigt.

    Ik verwacht dat China tot dan geen avonturen wil beginnen. Misschien duurt dat moment nog wel tot duidelijk wordt wie de vertrekkende Tsai Ing-wen opvolgt bij de Taiwanese verkiezingen van januari 2024 en of Joe Biden later dat jaar in het Witte Huis mag blijven.

    Risico op escalatie groeit wel

    Dat wil niet zeggen dat de kans op oorlog nul is. Daarvoor nemen de spanningen te veel toe. Groeiende Chinese zelfoverschatting,14 ‘Why the US will abandon the island of Taiwan: Global Times editorial’, The Global Times, 18 augustus 2021. nationalistisch ongeduld15Zhang Zhouxiang, ‘High-speed train to Taiwan song goes viral’China Daily, 12 november 2021; 「統一後,台灣省買房怎麼選?」 中國網紅豎大拇指點名這城市Apple Daily TW, 1 november 2021. en Westers falen kunnen ervoor zorgen dat Peking de risico’s anders gaat wegen. Hoewel de gezaghebbende publicaties het nog niet reflecteren, spreken Chinese functionarissen achter de schermen steeds overtuigder over de Chinese kansen in geval van oorlog.16Oriana Skylar Mastro, ‘The Taiwan Temptation: Why Beijing Might Resort to Force’Foreign Affairs, jrg. 100, no. 4, juli/augustus 2021.

    Men kan concluderen dat het ontmoedigen van formele onafhankelijkheid nu minder waard is geworden.17A.A. Bastian, ‘Threatening Taiwan Gets China More Than Invading It Would’Foreign Policy, 30 november 2021. Men kan concluderen – na nog een geopolitiek kantelpunt zoals die de recessie van 2008 of de pandemie van 202018Uitgelegd in ideaalvorm in: Rush Doshi, The Long Game: Chinas Grand Strategy to Displace American Order, Oxford: Oxford University Press, 2021. – dat het Westen nu echt te zwak is om tegenstand te bieden. Maar het grootste risico bestaat uit ongewilde escalatie.

    Nu de temperatuur oploopt19John Liu, Jing Li, en Samson Ellis, ‘China Moves to Quash Online Rumors That Taiwan War Looms’Bloomberg, 4 november 2021. en de nationalistische propaganda van China en de consoliderende nationale identiteit op Taiwan20Sense Hofstede, ‘Taiwan’s Democratic Journey and Stabilising National Identity’9DASHLINE, 9 december 2020. steeds verder uiteen staan, zou een incident een kettingreactie op gang kunnen brengen die tot een uitkomst leidt, die niemand wil.

    De activiteiten van de Chinese luchtmacht ten zuiden van Taiwan21Silva Shih, Daniel Kao, Sylvia Lee, Yingyu Chen en Shuren Koo, ‘Why the Chinese Military Has Increased Activity Near Taiwan’CommonWealth Magazine, 2 november 2021. zijn naast signaal en oefening ook contactmomenten met de Taiwanese luchtmacht. Hoe meer contactmomenten, hoe groter de kans op ongelukken. Hetzelfde geldt voor toenemende activiteiten van Chinese vissers,22CNA, ‘Chinese fishing boat, crew held after poaching near Penghu’Focus Taiwan, 28 juni 2021. maritieme militie23Jason Pan, ‘Shots fired as Chinese boats ram coast guard ship’Taipei Times, blz. 3, 22 maart 2020. en baggeraars.24Louise Watt, ‘Line in the sand: Chinese dredgers are stealing Taiwan, bit by bit’Nikkei Asia, 16 juni 2021.

    Militaire oefeningen en bewegingen die Peking gebruikt om Taiwan een defaitisme aan te praten, voeden ook de lust van de Chinese haviken. De nationalistische rellen die uitbraken in China nadat de Japanse kustwacht een Chinese kapitein arresteerde in 2010, zijn een duidelijke illustratie van de binnenlandse druk waar Peking rekening mee moet houden.

    Daarnaast moeten we beducht zijn op een economische of politieke crisis in China zelf. Peking vertrouwt nu nog dat de ‘loop van de geschiedenis’25Zie een van de stukken uit een vierluik met achtergrond: Sense Hofstede, ‘100 jaar CCP: de loop van de geschiedenis’China2025.nl, 11 oktober 2021. de Partij bevoordeelt en dat uiteindelijk de machtsverhoudingen zo zullen worden, dat Taiwan geen keus heeft of dat China sterk genoeg is om de gevolgen van sancties te weerstaan.

    Wanneer dat vertrouwen weg is, dan zou de Partij misschien wel gebruik willen maken van de voorsprong die het nu (al/nog) meent te hebben. Of het zou een invasie van Taiwan als een nuttige nationalistische afleiding kunnen zien.

    Ten slotte is het belangrijk om de dynamiek on the ground in de gaten te houden. De centrale regering in Peking kan misschien wel niet de intentie hebben om aan te vallen, maar de logica van escalerende reacties kan ervoor zorgen dat de betrokken partijen toch stapje voor stapje richting een kinetisch conflict bewegen. Hoe meer vliegtuigen rond Taiwan vliegen, hoe meer kansen op ongelukken. Hoe warmer de temperatuur in de lucht boven de Straat, hoe meer de boel een eigen leven kan gaan leiden.

    De Europese mogendheden hadden ook niet de intentie elkaar in het verderf te storten voor de zomer van 1914. Maar het Chinese nationalisme en de zelfoverschatting van het eigen kunnen nemen zienderogen toe, terwijl men steeds geringschattender doet over het ‘neergaande’ Westen.26Chris Buckley, ‘“The East Is Rising”: Xi Maps Out China’s Post-Covid Ascent’The New York Times, 3 maart 2021.

    De grootste uitdaging voor Nederland

    Een opiniestuk in de NRC riep Nederland en Europa op om al vast na te denken over een eventuele oorlog.27Tim Sweijs en Joris Teer, ‘Stel, China valt Taiwan aan. Wat doen wij dan?’NRC, 8 oktober 2021. Ik sluit mij grotendeels daarbij aan. Voor de Clingendael Spectator schreef ik eerder al over het belang om de factor Taiwan mee te nemen wanneer Nederland nadenkt over de Indo-Pacific,28Sense Hofstede, ‘Risico op escalatie Indo-Pacific met Chinese druk op Taiwan’Clingendael Spectator, 9 december 2020. en ben daar niet de enige in.29Gerrit van der Wees, ‘Nederland hoort achter Taiwan te gaan staan’De Telegraaf, 21 oktober 2021.

    Economische afschrikking kan daarbij een belangrijke rol spelen,30Fred Sengers, ‘Maak de prijs om Taiwan binnen te vallen zo hoog, dat China het wel uit zijn hoofd laat’Trouw, 29 oktober 2021. hoewel wij niet moeten onderschatten hoe agressief Peking alleen al een aankondiging van potentiële tegensancties zou vinden. Echter, een Chinese invasie van Taiwan zou politiek niet het lastigste scenario zijn.

    De humanitaire ramp, de overduidelijke Chinese agressie, de geopolitieke consequenties en de Amerikaanse betrokkenheid zouden de politieke keuze voor Europa relatief makkelijk maken bij een conventionele oorlog, hoe moeilijk het militaire antwoord ook zou zijn.

    Moeilijker zou het zijn, als China na 2023 of 2024 creatiever om gaat met Taiwan. Er zijn verschillend manieren waarop het kan proberen om Taiwan uit te lokken het eerste schot te lossen. Hoe daarop te reageren is de echte politiek uitdagende vraag.

    Laat Den Haag de KLM doorvliegen naar Taipei als Peking het Taiwanese luchtruim sluit? Wat doen de rederijen als de Chinese douane hen vraagt om vracht van Rotterdam naar Taiwan vooraf aan China aan te melden? Laten wij de Taiwanese kustwacht vrachtschepen uit Nederland escorteren om door een Chinese blokkade te breken?

    Het zou nuttig zijn als Europa helpt bij het verkrijgen van asymmetrische defensieve capaciteiten, of in ieder geval niet in de weg staat wanneer privébedrijven dat doen. De mogelijke economische kosten duidelijk communiceren aan Peking helpt bij het versterken van de afschrikking. Een sterke EU helpt het Chinese verhaal van Westerse neergang te ontkrachten. Samenwerking met Taipei op allerlei vlakken helpt Chinese psychologische druk te ondermijnen.

    Maar uiteindelijk is de Chinese wens om Taiwan te annexeren niet gebaseerd op een kosten-batenanalyse, maar op etno-nationalisme. Afschrikking kan niet alle risico’s wegnemen. De kosten die China ons zou laten betalen bij steun aan Taiwan in dit gevoelige dossier zouden hoog zijn. Het is dus ook de zaak om al vast de moeilijke politieke besluiten door te spelen vóórdat Rutte ineens door de KLM uit zijn bed wordt gebeld.

  • Presidenten Xi Jinping en Tsai Ing-wen spreken over Taiwan

    Het afgelopen weekend hielden de presidenten Xí Jìnpíng (习近平) en Tsai Ing-wen (蔡英文 Cài Yīngwén) elk een belangrijke toespraak. Tien oktober was het 110 jaar sinds de opstand van 1911 in Wuhan die de Xinhai-revolutie (辛亥革命 xīnhài gémìng) inluidde waarmee het Qing-keizerrijk ten einde kwam. Vanaf 1 januari 1912 bestond er een Republiek China (ROC, 中華民國 zhōnghuá mínguó) die de mantel van de Chinese beschaving en het territorium van de multinationale Qīng () claimde. Xi’s Volksrepubliek China (PRC, 中华人民共和国 zhōnghuá rénmín gònghéguó) claimt de erfgenaam te zijn van de in 1949 door de Chinese Communistische Partij (CCP, 中国共产党 zhōngguó gòngchǎn dǎng) verslagen ROC. De na 1949 op Taiwan opgebouwde staat claimt formeel nog steeds de ROC te zijn. De leiders van beide landen staan daarom stil bij deze dag. Nu de spanning oploopt, is het nuttig om te kijken wat beiden gezegd hebben over de wederzijdse betrekkingen.

    (more…)